Uitgebreide Kraakhandleiding '96/'97: hoofdstuk 1 - KRAKEN
Links Hoog Rechts

hoofdstuk 1

KRAKEN.


1.1 -Leegstand en uitzoekwerk-

Leegstand is de basis van kraken. Het is alleen mogelijk te kraken als er leegstand is. Als je dus wilt kraken, dan moet je eerst een leegstaand (te kraken) pand of etage zien te vinden. In deze alinea vind je enkele handige tips om te controleren of iets daadwerkelijk leegstaat, of dat het alleen maar leeg lijkt.

Een eerste controle begint meestal met een stadswandeling. Ga eens kijken in de buurt waar je graag wilt wonen. De beste tijd om dit te doen is overdag ('s nachts lijken alle panden waar geen licht brandt leeg te staan). Neem iets mee waarin je de eventueel leegstaande objecten kunt opschrijven, een noti tieblokje doet het meestal erg goed. Na deze eerste controle heb je waarschijnlijk een aantal panden of etage's die mis schien te kraken zijn. Nu begint het echte uitzoekwerk.

De volgende stap in de etagebuurten, met name de 19e eeuwse gordel, is dan het GDH (Gemeentelijke Diens Herhuisvesting, tegenwoordig samen met Bouw -en Woningtoezicht opgegaan in de Stedelijke WoningDienst(SWD) te bellen. Daar vraag je informatie over de objecten die je leeg hebt zien staan. Wanneer je over een urgentiebewijs beschikt is het verstandig je nummer te noemen. De SWD beschouwt je dan als klant en je krijgt makke lijker allerlei informatie los. De belangrijkste vragen die je aan het GDH kan stellen zijn:

Je zult niet altijd op al je vragen antwoord krijgen. Boven dien heeft het SWD alleen informatie over woningen die binnen de paritculiere sector vallen.
Dit zijn woningen van paritculiere eigenaren, waarvan de huur onder de huursubsidiegrens valt. Meer informatie over het SWD vindt je in hoofdstuk 4. De woningen die niet onder deze regeling vallen zijn de woningen binnen de sociale sector en de woningen binnen de vrije sector. Wanneer je een woning wilt kraken, zul je dus op een andere manier moeten uitvinden of deze al dan niet leeg staat. Dit is veelal het geval buiten de 19e eeuwse gordel. Buiten de grote steden bestaat er meestal niet zoiets als een gemeentelijke distributie. In het geval de gemeentelijke distributie niet van toepassing is, kan je letten op het volgende:

Wanneer je op deze manier ontdekt hebt of een woning echt leeg is, zijn er nog enkele dingen die het uitzoeken waard zijn.
Ten eerste wie de eigenaar is. Hiervoor kun je terecht bij het gemeentelijk- of het rijkskadaster. Daar geven ze je, tegen betaling, een uitdraai van de kadastrale gegevens van de woning.

Het rijkskadaster rekent iets meer voor deze uitdraai, maar de gegevens zijn ook recenter dan die van het gemeente lijk kadaster (de kosten voor een uitdraai bedragen bij het gemeentelijk kadaster zo'n f8,-; bij het rijkskadaster ben je f14,- kwijt).

Als je wilt weten hoe groot een woning is en hoeveel kamers het bevat, dan kun je dit opvragen bij de woningkartotheek. Dit is vooral van belang als je het pand wil barricaderen tegen een gevaarlijke eigenaar of als je wilt weten of er eventueel doorgangen naar andere panden zijn. Bij de woning kartotheek kunnen ze je ook informatie geven over de huur en eventuele verbouwingen die aan het pand hebben plaatsgevonden (ook hier zijn sinds juni 1995 kosten aan verbonden).

Probeer altijd zoveel mogelijk te weten te komen over de woning. Dit is in je eigen voordeel. Veel mislukte kraken, zijn het gevolg van slecht uitzoekwerk.

Aan het eind van dit hoofdstukvolgt een kort overzicht van wat er allemaal uit te zoeken valt over een woning en waar je de informatie mogelijkerwijs vandaan haalt.

1.2 -voorbereiding-

Wanneer je na al dit uitzoekwerk eindelijk iets kraakbaars gevonden hebt, kun je met de voorbereiding van de kraak beginnen. Het is aan te raden om hiervoor bij het Kraakspreekuur in de buurt binnen te lopen. Zij hebben ervaring met kraken, politie, het omgaan met (breek)gereedschap en ze kunnen breed mobiliseren. Bovendien is er een kans dat iemand anders de zelfde woning op het oog heeft als jij. Het kraakspreekuur probeert dit soort situaties te voorkomen. Het is ook handig contact met het Kraakspreekuur te houden, voor als je na de kraak eens hulp nodig mocht hebben.

Wat heb je nodig als je gaat kraken:

Spreek een verzameladres af, liefst zo dicht mogelijk in de buurt van het te kraken object. Ook een vaste verzameltijd is erg handig. Wanneer je kraakt met het Kraakspreekuur, kunnen zij meestal een verzameladres regelen en ook zullen zij zorgen dat er breed gemobiliseerd wordt.

1.3 -de kraak zelf-

Wanneer alle voorbereidingen zijn getroffen kan de kraak beginnen. Neem de spullen (slot + kraakset) mee naar het verzameladres en kom op tijd!!!

Op het verzameladres leg jij, of iemand die je geholpen heeft bij de voorbereidingen, kort uit wat je wilt gaan kraken en waarom (de informatie die je vergaard hebt). In sommige buurten regelt men van tevoren een breekploeg en iemand die met de smeris gaat praten.

De breekploeg gaat als eerste naar buiten, daarna de mensen met de kraakset gevolgd door vrienden, bekenden en onbekenden. Zodra de deur open is moet gecontroleerd worden of de woning werkelijk buiten gebruik was. Let op, opslag hoeft nog geen gebruik te zijn. Wordt de ruimte als kraakbaar ingeschat dan moet de kraakset naar binnen. De koevoeten en ander breek gereedschap moeten afgevoerd worden. Dit in verband met even tuele inbeslagname door de politie.

Nu is de woning gekraakt en is het wachtten op de politie. Wanneer je niet zeker bent of de politie op de hoogte is van de kraak bel je ze zelf als het slot weer is gerepareerd.

Wanneer de politie leegstand komt constateren, zie er dan op toe dat er nooit meer als twee agenten naar binnen gaan. Teveel politie binnen brengt hen in de verleiding te gaan zeuren over van alles en nog wat. Als je je strak opstelt dan kunnen zij met hun "wij-maken-hier-de-dienst-uit-houding" niet ver komen. Zij zijn geïnteresseerd in wie je bent, of er een leider is (!), hoe en hoe laat je binnen bent gekomen, of en hoe lang het leeg was en met hoeveel mensen je bent.

Je bent niet verplicht je naam te geven, wanneer je met het kraakspreekuur kraakt geef je dat gewoon als naam op (bijv. kraakgroep de Pijp). Informatie over de duur van de leegstand kan je hen ook geven, evenals de naam van de eigenaar. Hoe je bent binnen gekomen en hoe laat doet niet ter zake. De politie vraagt het meestal toch, want dit staat in hun handleiding "wat te doen bij woningkraken". Ze presteren het zelfs te vragen hoe je binnen bent gekomen als iedereen kan zien dat de deur in stukken ligt. Vanaf dan is het jouw woning.

1.4 -Bedreigingen-

Niemand mag in jouw woning naar binnen zonder jouw toestemming, ook de eigenaar niet. Dit zou huisvredebreuk zijn, omdat na constatering van bewoning door politie ook jou de wettelijk geregelde huisvrede ten deel valt. De politie mag ook niet meer zomaar binnenkomen, tenzij ze een huiszoekingsbevel of een bevel tot binnentreding hebben. Dit moeten ze jou dan wel eerst laten zien.

Het is echter heel goed mogelijk en zelfs zeer waarschijnlijk dat de eigenaar het niet leuk vindt dat jij zijn bezit hebt gekraakt. Op zich moet je je daar niet te druk om maken, tenzij je het vermoeden hebt dat deze eigenaar het niet zo nauw neemt met de Nederlandse wetgeving. In dat geval is het verstandig om enkel voorzorgsmaatregelen te nemen, zoals barricaderen (zie verder hoofdstuk 3).


1. Duur van de leegstand: Buren
GDH
2. Grootte van de woning: Buren
Woningkartotheek
Kadaster
3. Hoogte van de huur: Buren
GDH
Huuradviescommissie
Woningkarthotheek
4. Soort woning: Buren
GDH
5. Renovatie, sloop, bouw: Buren
Bouw en Woningtoezicht (BWT)
Wijkcentrum
Monumentenzorg
6. Eigenaar (naam): Buren
Kadaster
Kamer van Koophandel
(als het een BV of NV betreft)
7. Financiers v/d eigenaar: hypothekenregister (Kadaster)
8. Wat voor eigenaar (louche): Buren
Wijkcentrum
Speculatie Onderzoeks Kollektief (SPOK)

De verschillende adressen en telefoonnummers staan in in de
adressenlijst aan het einde van de handleiding.


Links Hoog Rechts