Overmatig gebruik van inzagerecht aangepakt
Een grondrecht onder druk
Verschenen in Recherche Magazine, nummer 9 - november 2003
Door Ulco van de Pol en Hans de Wit
Het aantal verzoeken om kennisneming van gegevens door mensen die staan geregistreerd in politieregisters is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen. De uitoefening van dit recht mag echter niet het belang van de opsporing doorkruisen en de belangen van derden schaden. De toename van het aantal verzoeken noopte de politie de procedure te stroomlijnen.
De bedoeling van kennisneming van gegevens door geregistreerden uit politieregisters is dat de betrokkene kan achterhalen of over hem gegevens zijn vastgelegd, en zo ja, of deze juist zijn en het noodzakelijk is deze nog langer te bewaren.
Het aantal inzageverzoeken steeg van 1100 in 2000 tot 1850 in 2002. Het ging hier niet alleen om eenvoudige verzoeken van personen die wilden weten of ze gesignaleerd stonden in verband met een vakantietrip naar het buitenland, maar ook vaak om ongeclausuleerde verzoeken waarbij men wilde weten of men geregistreerd stond in enig politieregister.
Het laatste jaar was een toename te zien van door de strafrechtadvocatuur opgestelde algemeen geformuleerde verzoeken. Door sommige advocaten werd gevraagd om binnen de voorgeschreven vier weken mee te delen of hun cliënt in enig register of ander bestand was opgenomen - waaronder CIE-registers, tijdelijke registers, het informantenregister, onderzoeksbestanden en postregistraties. Daarnaast werden inlichtingen gevraagd over de herkomst van die informatie en over degene aan wie die informatie verstrekt was. Ook werd verzocht om (gemotiveerd per mutatie) de juridische grondslag waarop de gegevens waren verkregen en verwerkt aan te geven en - voor zover er een weigeringsgrond speelde - goed gemotiveerd, schriftelijk en per mutatie de reden daarvoor aan te geven. Om het verzoek kracht bij te zetten werden op voorhand alle mogelijke wettelijke grondslagen aangeroepen en werd meteen ook met mogelijke rechtsmiddelen gedreigd, indien de registerbeheerder niet binnen vier weken volledige opening van zaken zou geven.
Doel
Met name deze laatste categorie verzoeken vergt steeds meer inspanning van de kant van de politie. De afhandeling van dergelijke verzoeken, waarbij het gaat om zeer grote hoeveelheden mutaties, legt dan ook een groot beslag op tijd en capaciteit van de politie. Zeker als zo’n verzoek ook in een aantal andere regio’s wordt gedaan.
Ook het College bescherming persoonsgegevens (CBP) is geconfronteerd met een forse toename van het aantal verzoeken om bemiddeling. In zijn jaarverslag 2001 spreekt het CBP over ´fishing expeditions´ van advocaten die over het doel van het inzagerecht heen schieten. Het doel behoort te zijn het zichtbaar maken van informatie die over burgers is verzameld. Niet het doorkruisen van de opsporing doordat politie en justitie genoodzaakt worden in een te vroeg stadium informatie prijs te geven .
De gang van zaken heeft geleid tot een formalistische benadering en zelfs tot stiptheidsacties van de kant van de politie. Het ging dan bijvoorbeeld om langdurige voorleessessies van soms meerdere dagen, waarbij met de minst belangrijke mutatie werd begonnen.
De ontwikkeling kent eigenlijk alleen maar nadelen voor alle betrokken partijen. Een al te uitbundig gebruik van het inzagerecht leidt tot een uitholling ervan. Stroomlijning van de procedure was daarom wenselijk. Op verzoek van politie en het Openbaar Ministerie is door de Raad van Advies voor de CIE een werkgroep ingesteld waarin privacydeskundigen vanuit het politieveld, Openbaar Ministerie en het CBP deelnamen. De werkgroep kreeg de opdracht aan de hand van de huidige wetgeving een procedure voor de afhandeling van verzoeken te ontwikkelen. Dat met inachtneming van het grondwettelijk recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. Daarnaast kreeg de werkgroep de opdracht een coördinatiesysteem voor de politie te ontwikkelen.
De werkgroep heeft een stappenplan ontwikkeld voor de behandeling van verzoeken om kennisneming. Het stappenplan is een hulpmiddel om verzoeken om kennisneming eenduidig, doelmatig en rechtmatig af te handelen. Daarnaast heeft de werkgroep ook voorstellen gedaan om te komen tot een coördinatiesysteem. Het uitgangspunt is dat de verzoeker een door de wet toegekend recht op kennisneming heeft. Dit recht kan worden uitgeoefend, tenzij een van de wettelijke weigeringsgronden kan worden ingeroepen.
In de afhandeling van een verzoek om kennisneming is het voor de politie belangrijk om mogelijke risico’s ten aanzien van de vertrouwelijkheid van de informatie zoveel mogelijk te beperken. Dat om het onderzoeksbelang en de belangen van derden voldoende te waarborgen. Er moet worden voorkomen dat vitale informatie naar buiten komt, bijvoorbeeld door het bij elkaar leggen van vele op zichzelf genomen onschuldige snippers van informatie. Ook moeten maatregelen worden genomen die voorkomen dat de beheerders van verschillende politiekorpsen - die onafhankelijk van elkaar een afweging maken - door een geregistreerde tegen elkaar worden uitgespeeld. Zelfs een eenvoudig verzoek dat slechts betrekking heeft op een signalering kan onderdeel uitmaken van een meeromvattende strategie van de betrokkene: het kan na herleiding raakvlakken hebben met één of meer complexe verzoeken om kennisneming. Voorbeeld is de gedetineerde die op basis van CIE-informatie is overgeplaatst naar een extra beveiligde inrichting. De advocaat van de betrokkene doet een verzoek om kennisneming gericht aan alle 25 regio’s en het KLPD. Bij de afhandeling van het verzoek door de verschillende regio’s weigert één regio kennisneming, terwijl de andere regio’s mededelen dat de betrokkene niet voorkomt. De advocaat weet nu in welke regio zijn cliënt CIE-subject is en (door een combinatie van gegevens) uit welke bron de informatie afkomstig is.
Weigeringsgronden
Artikel 21 van de Wet politieregisters (Wpolr) geeft twee algemene weigeringsgronden. Mededeling blijft achterwege ‘voor zover noodzakelijk voor de goede uitvoering van de politietaak’ en ‘indien gewichtige belangen van derden daartoe noodzaken’. Doet één van deze twee weigeringsgronden zich voor dan is de beheerder verplicht kennisneming te weigeren. De weigering kan ook beperkt blijven tot een gedeelte van de gegevens.
Voorbeelden van gevallen waarin een beroep op een weigeringsgrond noodzakelijk wordt geacht, zijn:
- de noodzaak tot het afschermen van informanten;
- het voorkomen van het opdrogen van informatiebronnen;
- het afschermen van opsporingsonderzoeken;
- het afschermen van opsporingstechnieken;
- indien de veiligheid of gezondheid van personen in het geding is of indien direct gevaar voor de desbetreffende geregistreerde of voor derden dreigt.
Coördinatie
In het algemeen dient afstemming plaats te vinden indien bij een korps een onderzoek loopt en het korps een leidende rol wenst te spelen in de afhandeling van het verzoek om kennisneming. Het gaat dus om het korps dat het meeste belang heeft bij het niet bekend worden van informatie die voor het lopend onderzoek schadelijk zou kunnen zijn.
Wat betreft CIE-informatie waarvan een ander korps de afzender is, wordt door de werkgroep van de Raad van Advies van de CIE geadviseerd om contact op te nemen met de CIE die de afzender is van de informatie om onderling tot een verdere afstemming te komen. Hoewel, als het om CIE-informatie gaat, het merendeel van de CIE-chefs er de voorkeur aan zou geven het verzoek om kennisneming zelf af te handelen voor zover het onder hen ressorterende informatie betreft, is het doorverwijzen van de verzoeker niet in overeenstemming met het stelsel van de Wpolr en derhalve niet toegestaan.
De door de werkgroep ontwikkelde procedure is onder de aandacht gebracht van de Raad van Hoofdcommissarissen, Hoofdofficieren van justitie en de Korpsbeheerders en wordt inmiddels in de praktijk toegepast. De procedure is tevens op te vragen via de website van het CBP.
Mr. U. van de Pol is lid van het College bescherming persoonsgegevens. J.B.A. de Wit is werkzaam binnen het KLPD, voorzitter van de werkgroep Inzagerecht en secretaris van de Raad van Advies voor de CIE.
--------------------------------------------------------------
Afmelden, e-mail: kraken-post-unsubscribe@dvxs.nl
Opnieuw aanmelden: kraken-post-subscribe@dvxs.nl
Faq: kraken-post-faq@dvxs.nl
Website: http://krakenpost.nl
[05 Dec 23:00u]: 258 abonnees + 231 niet-abonnees
--------------------------------------------------------------
ontvangsttijd Fri Dec 05 22:12:15 2003
Dit document staat op krakenpost.nl
voor de huidige en 11 maanden
het origineel blijft op skwot.dvxs.nl:
http://dvxs.nl/~skwot/{jaar}/{maand}/{nnnn}.html
kop