Documentlocatie i.v.m. hyperlinken

Kraken-post:
bericht van merijn.o@gmx.net


[kraken] artikel stadsvernieuwing

Auteur: merijn <merijn.o@gmx.net>
Datum: 04 okt 2005 17:07 uur

        Beste mensen,
        
        hier een artikel over stadsvernieuwing dat is geschreven voor de
        flexmens, die trouwens net van de drukker is en spoedig
        verspreid zal worden...
        
        je kan het artikel ook vinden op www.flexmens.org
        
        groeten
        
        Merijn
        
        
        
        Total Makeover
        Stadsvernieuwing volgens 'het I Amsterdam model'
        
        Merijn Oudenampsen
        
        “Begin niet met de goede oude dingen, begin met de slechte
        nieuwe dingen.”
        
        Bertholt Brecht
        
        Een nieuwe stadsvernieuwingsronde van historische proporties is
        onlangs van start gegaan, waarbij een aanzienlijk deel van de
        sociale huisvesting wordt omgetoverd tot luxe appartementen,
        lofts en maisonnettes voor de groeiende aantallen veelverdieners
        van de Amsterdamse creatieve economie. Ondertussen wordt de
        wachtlijst voor de sociale woningbouw overspoeld door de
        oorspronkelijke bewoners die door de renovatie gedwongen zijn
        hun woning en buurt te verlaten. Merijn Oudenampsen beschrijft
        een nieuw regime van stadsvernieuwing, het I Amsterdam model,
        waar de locatie tot merk is verworden.
        
        Volgens een recente publicatie van de gemeente Amsterdam [1]
         zal er in de komende jaren meer gesloopt worden dan ooit
        tevoren in de turbulente geschiedenis van de stad. Het zijn de
        zogenaamde “herstructureringswijken” zoals de Westelijke
        Tuinsteden, Noord en de Bijlmermeer waar de meeste huizen een
        ontmoeting zullen hebben met de sloopkogel. In de vooroorlogse
        wijken, zoals de Staatsliedenbuurt, de Oosterparkbuurt, de
        Indische Buurt of de Kinkerbuurt wordt er grondig gerenoveerd.
        Tienduizenden sociale huurwoningen zullen verdwijnen en
        plaatsmaken voor de gezandstraalde gevels van de nieuwe
        middenklasse.
        
        Maar deze ontwikkeling beperkt zich niet alleen tot Amsterdam.
        Het is de kern van het huisvestingsbeleid van minister Dekker,
        dat onder de noemer van “differentiatie” en “sociale menging” de
        hogere inkomens armere wijken met veel sociale huisvesting in
        wil loodsen. Differentiatie is -volgens de plannenmakers van
        Dekker- een wondermiddel om de sociale problemen in
        achterstandswijken te lijf te gaan. Veel onderzoekers stellen
        echter dat het enige bewezen gevolg van sociale menging een
        toename van jaloezie is.
        
        De perverse logica van de stadsvernieuwingsplannen is dat de
        kansarme bewoners van ‘achterstandswijken’ die de doelgroep zijn
        van het differentiatiebeleid tegelijkertijd ook haar voornaamste
        slachtoffers zijn. Zij zien zich gedwongen om de wijk te
        verlaten, als hun woning wordt gerenoveerd tot luxe appartement
        en de Turkse groentewinkel moet plaatsmaken voor de traiteur,
        beautysalon, kunstgalerie of delicatessenzaak.
        
        Achter de opgeblazen sociale retoriek van het
        differentiatiebeleid over sociale integratie, opwaartse
        mobiliteit en culturele diversiteit gaat een andere agenda
        schuil. Een agenda gevuld met koude berekeningen en economische
        zakelijkheid. Sinds de verzelfstandiging van 1994 moeten de
        woningbouwcorporaties zelf financieel de broek omhoog houden met
        de verkoop van sociale huisvesting. In de huidige
        stadsvernieuwingsronde doen zij dat dan ook met enthousiasme.
        
        Om de nieuwe woningen voor een redelijke prijs te kunnen
        verkopen of verhuren, moet de wijk echter wel aantrekkelijk
        gemaakt worden voor de koopkrachtige gezinnen die haar komen
        bewonen. Publiciteitscampagnes worden georganiseerd, PR bureaus
        ingeschakeld, cultuurfestivals en poëziemiddagen vinden plaats,
        kunstenaars wordt tijdelijk een werkruimte geboden; alles wordt
        eraan gedaan om het imago van de wijk te veranderen van een
        losse verzameling van allochtonen, uitkeringstrekkers, ouden van
        dagen en andere economische losers naar het beeld van een
        dynamische en culturele hotspot die “zindert en gonst van de
        vernieuwingen”. Hier moet je zijn.
        
        Het I Amsterdam model
        
        De stadsvernieuwingsplannen maken deel uit van een grotere
        metamorfose die de Nederlandse hoofdstad ondergaat en die haar
        moet klaarstomen voor de creatieve era. In een tijd waarin de
        creatieve kenniseconomie ogenschijnlijk de belangrijkste
        economische sector is geworden, zijn het de creatieve,
        hoogopgeleide en getalenteerde mensen – de creatieve klasse- die
        het economische succes van een stad bepalen. Amsterdam
        concurreert met andere internationale metropolen, zoals Londen,
        Barcelona of Berlijn, om de creatieve klasse te lokken met
        culturele voorzieningen en een fijn woonklimaat. Amsterdam wil
        de boot niet missen, roept zich uit tot “Creatieve Kennisstad”
        en start de marketingcampagne I Amsterdam. Terwijl kunst en
        cultuur eerder bijzaken waren voor het stadsbeleid, zijn deze
        opeens centraal komen te staan in het marketingoffensief: de
        zogenaamde wortel die creatief talent moet overtuigen om zich
        toch vooral hier te vestigen.
        
        De stadsplanners hebben geen reden tot klagen. Het aantal
        Amsterdammers dat het dubbele van het gemiddelde inkomen
        verdient is alleen al van 1999 tot 2003 gestegen van 10,8% naar
        18%. Amsterdam veryupt. Het gevolg is dat ruimte steeds duurder
        wordt in de stad, wat aan de ene kant betekent dat het nu
        aantrekkelijk is geworden om veel van de sociale huisvesting in
        de volkswijken te verkopen. Aan de andere kant betekent het dat
        de rafelranden die voorheen de habitat vormde van een vrolijk
        experimenterende groep kunstenaars en krakers, wordt vervangen
        door een steriele omgeving van architectonische hoogstandjes van
        spiegelend glas. De ontruiming van het gekraakte Pakhuis Afrika
        – de betonnen rots tussen de glazen luchtkastelen - voor het
        spektakel van Sail 2005 maakt de omslag compleet.
        
        De invloedrijke ideoloog van Amsterdam Creatieve Stad, sociaal
        geograaf Sjako Musterd, stelt in zijn onderzoek dat een van de
        belangrijkste tekortkomingen van Amsterdam een gebrek aan
        huisvesting is voor deze creatieve klasse. Het Amsterdamse
        bedrijfsleven - verenigd in de Kamer van Koophandel - gaat nog
        iets verder, en stelt dat laagopgeleide mensen de stad zullen
        moeten verlaten om plaats te maken voor creativiteit.
        
        Politici en bureaucraten ontpoppen zich intussen als ware
        ondernemers, Cohen spreekt over het merk Amsterdam, de stad
        wordt gerund als een BV en branding is uitgegroeid tot de nieuwe
        maakbaarheid.
        
        Dit nieuwe stadsmanagement, die ik het “I Amsterdam model” zal
        noemen, is inmiddels ook doorgedrongen tot op buurtniveau. Elke
        wijk lokt en lonkt naar de hoogopgeleide middenklasse, wijken
        concurreren zelfs met elkaar voor het aantrekken van succes. Zo
        organiseert elke wijk culturele evenementen, heeft Westerpark de
        Westergasfabriek, De Kinkerbuurt de Hallen, Noord het NDSM
        terrein, De Indische buurt de Timor-school en zelfs in de
        roemruchte Kolenkitbuurt in Bos en Lommer worden koopwoningen
        opgeleverd met nieuwe culturele voorzieningen als lokkertje.
        
        Geen woning, geen woning?
        
        Onder het I Amsterdam model is een radicaal andere vorm van
        stadsmanagement en stadsvernieuwing actief. Terwijl oudere
        architectuur wordt opgewaardeerd of kompleet gesloopt vindt
        tegelijkertijd een afrekening plaats met de ideeën en idealen
        die in de fundamenten van de gebouwen schuilen. Van het
        baksteensocialisme van Berlage, het enge betonideaal van Le
        Corbusier verwezenlijkt in de flats van de Bijlmermeer en de
        Parijse banlieues, tot het “bouwen voor de buurt” van wethouder
        Schaefer; de stadsvernieuwingsgeschiedenis is vervuld van de
        hoop op de ‘verheffing van het volk’, op emancipatie via de
        tekentafel.
        
        De wijkgedachte die daarin centraal stond hield in dat
        integratie, opwaartse mobiliteit en emancipatie moest
        plaatsvinden op wijkniveau, met behulp van opbouwwerk en
        buurtcentra. De nieuwe stadsvernieuwing heeft deze gedachte
        voorgoed verworpen, armoede kan verplaatst worden – verkruimeld
        - maar niet verholpen. Terwijl de eerdere stadsvernieuwing van
        de lagere inkomens was, is de nieuwe stadsvernieuwing er een van
        de middenklasse, zij wordt ingezet als een ‘Paard van Troje’ om
        de achterstandswijken te heroveren op haar bewoners.
        
        De ontwikkelingen in de Indische Buurt in Amsterdam zijn een
        goed voorbeeld. De Indische buurt is een van de wijken in
        Amsterdam die de komende jaren een grondige facelift krijgt.
        Zo’n 20% van de sociale huisvesting (2000 woningen) zal
        verdwijnen door sloop, samenvoeging en renovatie. De verandering
        van de bevolkingssamenstelling is officieel het belangrijkste
        doel, en de stadsvernieuwing wordt daarmee een vorm van social
        engineering, een geplande gentrification [2] .
        
        Plannenmakers uit de buurt zeggen dat de nieuwe wijkgedachte
        niet meer draait om ‘het bestrijden van achterstanden’, maar om
        ‘het benutten van mogelijkheden’. Dit soort vaag taalgebruik
        legitimeert dat grote sloten subsidiegeld voor
        achterstandswijken worden besteed aan marketingcampagnes en
        gesubsidieerde bedrijventerreinen voor het aantrekken van de
        creatieve klasse. Het stadsdeel Zeeburg heeft een PR bedrijf
        ingehuurd dat een gekleurde glossy uitgeeft waarin alleen maar
        blanke mensen vertellen over hoe prachtig hun net opgeleverde
        nieuwe koopwoningen zijn en hoe interessant alle culturele
        activiteiten in de buurt. Het wordt pas echt pervers als blijkt
        dat in de stadsvernieuwingsplannen van de Indische buurt bewust
        gepland wordt om allochtone ondernemers de wijk uit te werken.
        Zo stelt het plan: “de uitstraling van veel panden laat te
        wensen over. Het aandeel allochtone winkeliers is de afgelopen
        jaren sterk gegroeid.”[3] Het stadsdeel wil meer luxe
        winkeltjes en voert een ontmoedigingsbeleid om Turkse
        groentewinkels en koffieshops de belangrijkste winkelstraat uit
        te werken. Terwijl het allochtone ondernemerschap door sommigen
        geroemd wordt als toonbeeld van voortgang in het
        integratieproces, wordt zij door andere plannenmakers snel weer
        om zeep geholpen.
        
        Dit is de nieuwe logica van insluiting en uitsluiting in de
        stadsvernieuwing. In het I Amsterdam model wordt talent gezocht
        en sociale problemen geweerd. Maar het model slaat niet alleen
        op Amsterdam: ook Rotterdam maakt deel uit van de avant-garde.
        Met minder marketing maar meer fanatisme worden allochtonen en
        lagere inkomens uit de Rotterdamse binnenstad verwijderd. Het
        wordt echter steeds onduidelijker waar al deze 'problemen'
        uiteindelijk naartoe kunnen. Schattingen van de gemeente
        Amsterdam wijzen erop dat er rond 2008 zoveel mensen voor de
        stadsvernieuwing hun woning zullen moeten verlaten, dat er in
        heel Amsterdam niet meer genoeg vervangende woonruimte te vinden
        is (zie noot 1).
        
        Tegelijkertijd worden er minder nieuwe woningen opgeleverd dan
        beloofd. In het parool van 01-07 stelde een makelaar dat de
        gemeente expres een schaarste in stand houdt. Nu de hausse op de
        huizenmarkt van de laatste twintig jaar [4] aan het wegebben
        is, is het vreemde gevolg dat de gemeente bewust schaarste en
        woningnood in stand moet houden, om zo een goede prijs te
        garanderen voor de nieuw opgeleverde woningen van de
        stadsvernieuwingsprojecten. Het gevolg van het beleid is dat de
        primaire doelgroep voor sociale huisvesting volgens de
        slaagkansen monitor 2003 de laagste kans heeft om die te vinden
        (sic!). De belangrijkste slachtoffers van de voortdurende
        woningnood zijn voornamelijk migrantengezinnen en jongeren. Voor
        hen wordt de nieuwe maakbaarheidsgedachte waargemaakt in het
        koude metaal van containercomplexen.
        
        Merijn Oudenampsen
        
        September 2005
        
        
            
        
        
        
        [1] Woonvisie Amsterdam, zie www.dienstwonen.nl
        
        
        
        [2] In 1965 bedacht de Engelse sociologe Ruth Glass de term
        gentrification om de veranderingen in de Londense
        arbeiderswijken van die tijd te beschrijven. De Engelse gegoede
        middenklasse (de gentry) die voorheen liever de rust van de
        landelijke suburbs opzocht, begonnen steeds vaker verloederde
        huizen in arbeiderswijken op te kopen en te renoveren. Het
        gevolg was dat de oorspronkelijke bewoners al snel hun wijk uit
        werden gedreven door de stijgende prijzen. Gentrification
        betekent dus de overname van volkswijken door de middenklasse,
        en het verdrijven van haar oorspronkelijke bewoners.
        
            Tot voor kort was Gentrification maar een beperkt
        verschijnsel op de Nederlandse huizenmarkt. De meeste armere
        wijken behoorden namelijk tot de sociale huisvesting en werden
        beschermd door de wet. Met de privatisering van de
        woningcorporaties en het differentiatiebeleid van Dekker is
        gentrification nu echter onderdeel gaan uitmaken van het
        officiële huisvestingsbeleid.
        
        
        
         [3] Zie pagina 32 van het Stedelijk Vernieuwingsplan Indische
        Buurt
        
        
        
         [4] De gemiddelde prijs van een woning in Nederland is
        gestegen van 61 duizend euro in 1985 naar 224 duizend in 2005.
        Een stijging van 367 procent.
        
        

--------------------------------------------------------------
 Afmelden, e-mail: kraken-post-unsubscribe@dvxs.nl
 Opnieuw aanmelden: kraken-post-subscribe@dvxs.nl
 Faq: kraken-post-faq@dvxs.nl
 Website: http://krakenpost.nl
 [04 Oct 17:00u]: 261 abonnees + 340 niet-abonnees
--------------------------------------------------------------
 
ontvangsttijd Tue Oct 04 15:07:53 2005


Documentlocatie

Dit document staat op krakenpost.nl
voor de huidige en 11 maanden
het origineel blijft op skwot.dvxs.nl:
http://dvxs.nl/~skwot/{jaar}/{maand}/{nnnn}.html
 
kop