*COHEN, BURGERVADER EN RECHTSHANDHAVER, MAAR VOOR WIE EIGENLIJK?*
Donderdag 5 april werd de bovenverdieping van Weteringschans 79, zoals de
Gemeente Amsterdam dat noemt een beeldbepalend pand, dat op de
monumentenlijst staat, "gekraakt" d.w.z. in bezit genomen door een groepje
krakers nadat de deur met veel geweld was geforceerd. Deze groep noemt zich
Kraakgroep porsche 429.
Volgens krakenpost, te vinden op www.krakenpost.nl, zou het hier gaan om een
verdieping, die reeds langer dan een jaar leeg stond. Dit is belangrijk,
omdat artikel 429 sexies van het Wetboek van Strafrecht (Sr) het kraken van
een pand, dat korter dan een jaar leeg staat, strafbaar stelt.
Overtreding van dit artikel levert een gevangenisstraf op van maximaal vier
maanden. Het kraken van een pand dat langer dan een jaar leeg staat is – en
dat kan alleen maar in Nederland !!! – dus niet strafbaar. Wordt een pand
gekraakt dat korter dan een jaar leegstaat dan kan de Officier van Justitie
het pand met behulp van de politie ontruimen.
Ontruiming is ook mogelijk wanneer de rechter tot ontruiming beslist. Men
noemt dit de civielrechtelijke ontruiming.
*Om te beoordelen of een "kraak" strafbaar is, zijn de feiten dus belangrijk
*
Deze luiden in het onderhavige geval als volgt:
Het pand Weteringschans 79 is op 28 april 2000 gekocht door Stichting De
Blauwe Reiger. Dit is een Stichting die zich met name richt op de aankoop
van beeldbepalende panden in Amsterdam. Zij renoveert deze na de aankoop
grondig waarbij de vraag of dit financieel wel verantwoord is een
ondergeschikte rol speelt. Vervolgens wordt het pand verhuurd.
Zo heeft de Stichting in 2000 het pand voor ƒ 1,3 miljoen grondig
gerenoveerd. Van dit bedrag had alleen al circa ƒ 700.000,- betrekking op de
restauratie van de gevels en de daarbij behorende ornamenten.
De gekraakte verdieping werd nadat deze was opgeknapt op 2 mei 2001 voor 5
jaar verhuurd aan een advocatenkantoor. Dit huurcontract liep af op 30 april
2006. Hierna verliet de huurder het pand, omdat zij er uit was gegroeid.
Het pand is met ingang van 15 mei 2006 tijdelijk verhuurd aan een andere
huurder, die medio januari 2007 het pand verliet. De Stichting heeft daarna
besloten om de verdieping (verder) op te knappen. De verdieping is opnieuw
geschilderd, er is een nieuwe keuken geplaatst en het perceel is opnieuw
gestoffeerd in verband met verhuur van de verdieping per 15 april 2007. De
verf was derhalve nog nat toen de verdieping gekraakt werd. De verfspullen
van de schilders stonden er zelf nog in.
Op 5 april, derhalve nog dezelfde avond dat het pand gekraakt is, is
aangifte gedaan bij de politie. De politie deelde na overleg met de Officier
van Justitie mede deze avond niets te kunnen ondernemen. De dag erna zou er
intern overleg plaatsvinden over wat er ging gebeuren, nadat de
bewijsstukken door de Stichting waren overhandigd, zo blijkt ook uit het
proces-verbaal dat die avond daarvoor werd opgemaakt. Deze gevraagde
bewijsstukken zijn voor zover deze al niet waren overgelegd nog de volgende
morgen door de Stichting overhandigd.
In plaats van die dag direct tot ontruiming over te gaan, kwam de politie
niet verder dan een "bemiddelingspoging", een vriendelijk verzoek aan de
krakers om het pand uit eigener beweging te verlaten. De krakers weigerden
dat. Volgens hen stond de verdieping langer dan een jaar leeg. De politie
die inmiddels wist dat het anders lag en die ook één en ander bleek te
hebben nagevraagd, ging echter niet tot actie over.
Een kraker kan derhalve in Amsterdam ongestraft strafbare feiten begaan om
het vervolgens op een bemiddelingspoging met de politie te laten aankomen en
deze daarna uit te lachen.
Op 10 april 2007 schreef de advocaat van de Stichting de politie een brief
waarin zij, zij het nu schriftelijk, aandrong op een spoedige ontruiming ter
beperking van voorlaatste huurder, huurder verdere schade. De ontruiming
werd ook gevraagd omdat het pand per 15 april jl. verhuurd was. Er werd bij
deze brief, zoals gevraagd door de politie, ook een verklaring van de
voorlaatste huurder die de verdieping op 1 mei 2001 gehuurd had,
overhandigd. In deze verklaring verklaart deze expliciet dat zij de
verdieping die zij tot 1 mei 2006 gehuurd had als gevolg van een niet
verlenging van de huurovereenkomst, eind april 2006 verlaten had.
Een soortgelijke brief is op 11 april 2007 aan de Officier van Justitie
gestuurd. De Officier van Justitie nam nog dezelfde dag contact op met de
advocaat van de Stichting en deelt deze mede dat de krakers als verdachten
werden bestempeld voor onder andere huisvredebreuk, vernieling en diefstal
van gas en electra. Zij maken immers zonder daarvoor te betalen gebruik van
de aansluitingen van de Stichting. De politie zou de krakers nog dezelfde
dag sommeren om het gehuurde te verlaten. Dit schijnt op 13 april rond
11.00uur inderdaad gedaan te zijn en wel op het moment dat de
deurwaarder de
dagvaarding tot civielrechtelijke ontruiming had betekend.
De Stichting had namelijk in de tussentijd besloten om ook maar een
civielrechtelijke procedure tot ontruiming te starten.
De Rechtbank stelde aanvankelijk de zittingsdatum op 1 mei a.s. vast maar na
een brief van de advocaat van de Stichting besloot zij terecht de zaak
eerder te behandelen en wel op 13 april jl. De dag daarvoor liet de advocaat
van de krakers, aan wie de (concept)dagvaarding vooraf was toegezonden
weten, dat zij de krakers bij dit kortgeding niet (meer) zou
vertegenwoordigen.
De krakers verschenen op 13 april jl. ook niet in persoon.
Op 16 april ontving de Stichting het vonnis. Krachtens dit vonnis moesten de
krakers binnen twee dagen nadat het vonnis aan de krakers betekend was, het
pand verlaten hebben. Bij weigering mocht de Stichting de ontruiming met
behulp van de sterke arm, één en ander op kosten van de krakers, afdwingen.
Nog dezelfde middag wordt het vonnis aan de krakers betekend. Als gevolg
daarvan diende woensdagmiddag het pand door hen ontruimd te zijn. Het vonnis
wordt ook dezelfde dag aan de districtschef van de Politie van de
Lijnbaansgracht gefaxt. Er vindt met deze persoon een indringend telefonisch
gesprek plaats.
Deze deelt mede, dat er eens in de zoveel tijd, vermoedelijk pas eind juni,
ontruimd wordt.
De enige die hierin volgens de districtschef verandering zou kunnen brengen,
is zijn "baas", de Burgemeester van Amsterdam, de heer Cohen. Hij zei toe
dit geval te bespreken met de Burgemeester en hierop terug te komen. De
desbetreffende chef is echter wanneer hij gebeld wordt over deze zaak, of
niet op kantoor, of in bespreking.
Inmiddels is de verdieping omgebouwd tot een fort, zijn de ramen met balken
etc. gebarricadeerd en zijn de muren en de gevel beklad. In korte tijd is de
verdieping derhalve door de krakers en als gevolg van niet ingrijpen van de
politie vernield, met als gevolg daarvan al een geschatte schade van €
100.000,-.
De Stichting schrijft bij monde van haar advocaat de Officier van Justitie
op 18 april jl. opnieuw aan, meldt het bovenstaande en verzoekt andermaal om
tot ontruiming over te gaan. Deze meldt dat als gevolg van het uitblijven
van de ontruiming zij al veel onnodige schade heeft geleden. Deze schrijft
de Officier van Justitie ook dat zij (anders) genoodzaakt is (om) de
overheid voor deze schade aansprakelijk te stellen. Een reactie blijft uit.
Op 19 april schrijft de Stichting bij monde van haar advocaat de Officier
van Justitie opnieuw aan, omdat op de straat voor het bedrijf van één van de
bestuurders van de Stichting met een spuitbus geschreven is *"Jij bezoekt
ons, wij bezoeken jou*".
De advocaat van de Stichting schrijft dat dit een onacceptabele vorm van
bedreiging is van personen die menen dat zij ongestraft op alle fronten de
wet mogen overtreden. In deze veronderstelling worden zij door het
uitblijven van een (re)actie van de sterke arm ook nog eens gesterkt. De
krakers verblijven volgens de Officier van Justitie en volgens de Rechter
illegaal op de Weteringschans, hebben daar grote vernielingen aangericht,
doen dat nog steeds en plegen diefstal door gebruik te maken van het gas en
de electra van de Stichting. Hij schrijft dat hij dit handelen aan zichzelf
niet eens meer kan verkopen, laat staan aan de bestuurders van de Stichting.
De adhesiebetuigingen die de Stichting in dit verband ontvangt, spreken,
aldus de advocaat, ook boekdelen. Deze mensen kunnen weinig of geen begrip
voor het tot nu toe uitblijven van de (re)actie van de sterke arm opbrengen.
In dezelfde brief wordt de Officier van Justitie verzocht, welke maatregelen
er genomen worden ter bescherming van de bij de Stichting betrokken personen
en ter bescherming van hun bezittingen. De privé en zakelijke adressen van
de bestuurders van de Stichting staan namelijk op "kraken-post", een
nieuwsbrief van de krakers. Op deze brief wordt niet gereageerd. De
Stichting neemt bij monde van haar advocaat daarom maar weer zelf het
initiatief en na enige tijd slaagt deze er in de Officier van Justitie te
bereiken. De politie deelt desgevraagd mede dat zij de Stichting begrijpt,
maar dat zij in deze machteloos is en geheel afhankelijk is van de politie.
De politie zegt weer afhankelijk te zijn van de Burgemeester. Actie is
echter tot op heden uitgebleven.
Bij de Stichting heeft dit de vraag doen rijzen of Cohen als onze
Burgemeester wel de burgervader en rechtshandhaver is, die hij voor ons
allen zou moeten zijn. Hij is dit tot op heden duidelijk niet, want tot op
heden is tegen de krakers van wie de Officier van Justitie heeft erkend dat
deze illegaal op de Weteringschans 79 verblijven, niet opgetreden. Ook is
tot op heden als gevolg van het uitblijven van zijn toestemming geen
uitvoering gegeven aan het rechtelijke ontruimingsvonnis.
Als argument om thans niet te ontruimen is door de districtschef van de
politie steeds gebruikt dat men bij ontruimingen rekening houdt met
krakersrellen en dat men daarom slechts een aantal keren per jaar de ME
illegaal gebruikte panden laat ontruimen. Tussentijdse ontruimingen zijn
daarom in principe niet aan de orde omdat hierdoor de openbare orde
verstoord zou kunnen worden. Dit is volgens de districtschef anders wanneer
de Burgemeester tot een ander besluit komt. Dit is echter de wereld op z'n
kop. De politie dient immers rechtshandhavend op te treden en doet dat soms
in voor ons burgers ook nog eens onbegrijpelijke gevallen tot vervelends
toe. In geval van grove overtredingen van de wet door de krakers van de
Weteringschans, mag zij dat van de Burgenmeester thans niet, omdat zij bang
is voor onrust. Onrust die deze Burgemeester overigens zelf heeft
veroorzaakt door eerder niet, te laat of te slap ingrijpen.
De krakers zijn zich van dit slappe optreden bewust en blijken één en ander
tot het uiterste uit te buiten.
Boekdelen in dit verband spreekt de "korte Kraakhandleiding" van de
gezamenlijke kraakspreekuren (KSU) van Amsterdam. Daarin treffen we de
volgende passages aan:*"Het helpt om de woning te barricaderen, zodat de
politie er niet zo gemakkelijk inkomt. Die zal dan meestal wachten tot er
weer een ontruiming is met een grootschalig mobiele eenheid (ME) optreden.
In Amsterdam zijn er drie of vier van dit soort ontruimingsgolven per jaar,
dit om de kosten te beperken. De ME neemt een breekploeg mee en groot
materieel dat hen helpt dit pand binnen te komen. Barricaderen rekt dus
hoogstens tijd. Als je voor deze optie kiest, is het slim om de meest
dierbare spullen alvast weg te halen.''* De krakers plegen ook nog eens
anoniem op te treden.
En *"Ondanks dat er strafrechtelijk ontruimd wordt, vindt er zelden
strafvervolging plaats*".
Wij als burger dienen in het bezit te zijn van een identiteitsbewijs, welke
desgevraagd en zeker in geval van verkeersovertredingen en andere
wetsovertredingen getoond dient te worden, maar krakers, behoeven dat
kennelijk niet. De politie praat met hen maar naar een identiteitsbewijs
wordt niet gevraagd.
De krakers blijken dit te weten, zoals zij kennelijk ook weten dat zij
straffeloos als gevolg het niet-optreden van de politie ongestoord grote
schade in een pand kunnen aanrichten.
Het risico om hiervoor te worden aangesproken is immers beperkt. Er vindt
(zie bovengenoemd citaat uit de korte kraakhandleiding) immers toch zelden
strafvervolging plaats. In geval van een ontruiming worden de krakers direct
of na korte tijd vrijgelaten. Hun naam hebben ze dan niet genoemd. De
eigenaar van een pand kent dan ook niet de naam en het adres van de kraker,
waardoor hij de door de krakers aangerichte schade niet kan verhalen.
Dit is dus andermaal de wereld op z'n kop. Aan bovengenoemde praktijken
dient dan ook zo snel mogelijk een einde te worden gemaakt indien Cohen
althans een burgervader en rechtshandhaver voor ons allen wil zijn. Deze
burgervader en rechtshandhaver is hij, wanneer men met krakers heeft te
maken, zo is de Stichting inmiddels gebleken, duidelijk niet. De
Burgemeester heeft namelijk de politie, zo blijkt uit een deze week van de
politie ontvangen brief, geen toestemming gegeven voor ontruiming van de
Weteringscans 79, zoals door de politie gevraagd was, nu de eerste
ontruiminsgolf door de ME op z'n vroegst pas in juni gepland staat. Onze
Amsterdamse Burgemeester is dus niet alleen een slappe Burgemeester, maar
ook een ongeloofwaardige, inconsequente Burgemeester. Enerzijds wil hij met
alle mogelijke middelen waaronder preventieve fouillering in bepaalde
gebieden van de stad de rechtsorde in Amsterdam handhaven, maar anderzijds
geeft hij een zeer slecht voorbeeld door niet op te treden waar optreden
geboden en rechtens zelfs vereist is.
Misschien kan onze Burgemeester dit eens aan ons burgers uitleggen?
Tot slot merkt de Stichting op dat ook zij het maatschappelijk niet
verantwoord vindt om panden lange tijd leeg te laten staan en te laten
verkrotten enkel uit speculatie overwegingen. Er ligt hier echter een taak
voor de overheid en niet voor individuele burgers die het recht in eigen
hand denken te kunnen nemen.
Stichting De Blauwe Reiger
ontvangsttijd Wed Apr 25 15:14:51 2007
Dit document staat op krakenpost.nl
voor de huidige en 11 maanden
het origineel blijft op skwot.dvxs.nl:
http://dvxs.nl/~skwot/{jaar}/{maand}/{nnnn}.html
kop