Sneeuwwitje: hoofdstuk 8 - Werk in de supermarkt
Lange Jaap was inderdaad erg lang, hij hielp regelmatig
dames bij het aanreiken van toilet-papier-extra-zacht van
de bovenste plank. Hij was bovendien wel aardig.
'Ben jij van Ronnie, die gestoorde vogel?' had hij
gevraagd, maar toen Monika gezegd had dat dat wat haar
betrof niet zo was, was hij verder erg behulpzaam.
Hij vroeg haar of ze van whiskysaus hield, draaide een
potje open, nam een lik met zijn vinger om het haar te
laten proeven en draaide het potje meteen weer dicht.
'Je moet toch weten wat je de klanten verkoopt,' zei hij,
'een beetje vakkenvuller heeft warenkennis. En een toastje
erbij is ook lekker. ' Hij liet een heel pak uit zijn vingers
vallen. 'Als een pak beschadigd is, mag het personeel dat
namelijk hebben,' legde hij uit. 'Helaas heb ik momenteel
geen kaviaar bij de lunch.' Hij wees met zijn ogen
naar het glazen hok achter in de zaak, waar Verhoeven
naar ze stond te gluren.
Monika had intussen genoeg geleerd, ze begreep dat ze
op een plek was terechtgekomen waar merkwaardige
spelregels golden. Toch had ze snel de slag te pakken, ze
wist al gauw de weg in de winkel en in het magazijn. Ze
probeerde zoveel mogelijk de schappen al bij te vullen nog
voordat Verhoeven erover begon. Dat viel niet mee, want
hij was inderdaad een lastige man. Of de rijtjes
kindervoeding waren niet netjes genoeg in het gelid gezet,
of het
gebeurde allemaal veel te langzaam. Lange Jaap liet zich
niet opjutten, maar Monika werd toch knap zenuwachtig
van die man toen hij alweer aan kwam lopen.
'Juffrouw,' zei hij, 'denken wij er wel om dat de
gezinspakken Tengels ergens anders horen dan de
miniparty-porties Crispies, om misverstanden te
voorkomen, ja? Bovendien...'
'Als ik misschien wat mag vragen...' Een dikke blonde
moeder met een zoontje dat zich verveelde kwam er even
tussen.
'Waar is vandaag de dag de chocoladehagelslag?'
'Bij de paprikachips daar linksaf, mevrouw,' zei Monika
snel. Dat had Ronnie haar nog geleerd. Verhoeven keek
heel verbaasd. Hier had hij niet van terug. Zonder verdere
opmerkingen te maken beende hij weg. Lange Jaap
had ernaar
staan kijken.
'Uitslover,' bromde hij, maar hij bedoelde het vriendelijk.
Op een gegeven moment was er theepauze. Jaap en Monika
mochten een kwartiertje uitblazen, in het magazijn,
op het gangetje tussen de jassen en het toilet in. Jaap ging
op een grote doos maandverband zitten en Monika ernaast.
Maar ze bleken op een lege doos te zitten en zakten
erdoor. Lachend schoven ze op naar de volgende doos.
'Die Verhoeven kan het ook niet helpen dat hij zo'n
zenuwpees is,' legde Jaap uit. 'Als hij geen hogere omzet
haalt, wordt dit filiaal opgeheven of opgeslokt door Appie
Heijn. Dan wordt hij ontslagen en wij erbij. Dat wil hij
niet, dus hij heeft het beste voor met ons en met zichzelf.'
Hij gaf haar een sigaretje en hoewel ze bijna nooit rookte
nam ze het aan. Ze begon zich langzamerhand goed moe
te voelen. Ze leunde achterover en Jaap leunde mee.
'Ben je eigenlijk vrij vanavond?' vroeg hij. 'Dan gaan we
dansen bij Dansen bij Jansen.' Monika verslikte zich in
de rook.
'Heb jij dan geen verloofde?' hoestte ze. 'Dat zei Ronnie
tenminste.' Ze wist zo gauw niets anders te zeggen.
'Dat is het hem juist,' zei Jaap. 'Mijn verkering heeft het
uitgemaakt, vorige week. Ze heeft nu een gescheiden
zakenman. Maar het servies en de snelkookpan heeft ze toch
gehouden, terwijl mijn oma die op onze receptie gegeven
had. Ik heb alleen nog maar van die stomme dingen zoals
de mixer en de kruimeldief. Zodoende. Ga je nu mee vanavond
of niet?'
Monika keek hem verbijsterd aan. Vond die jongen haar
aardig of zocht hij een opvolgster voor bij zijn mixer en
kruimeldief.?
'Wat is er,' vroeg Jaap. 'Wat zit je mij aan te staren?
Vind je me abnormaal of zo?'
'Nee, juist heel erg normaal,' zei Monika. 'Alleen, ik wist
niet dat dat nog voorkwam in Amsterdam, van die echte
normale verlovingen.'
'Ik ben toch boven de twintig?' zei Jaap. 'En ik ben niet
zoals Ronnie. Dus dan ga je denken aan een vaste verkering
en een behoorlijke woning en zo. Of niet soms? Dat
is toch normaal'?' Hij wees naar haar tas en slaapzak die
daar in de gang lagen. 'Heb jij eigenlijk een goed
onderkomen voor vannacht?' vroeg hij.
'Oh... eh... ja, natuurlijk.' Hoe kwam het toch dat
iedereen doorhad dat ze iemand was die van huis was
weggelopen?
'Ik logeer bij een tante. Die woont in het noorden, in
Noord, ja.' Dat leek haar een eind van Oud Zuid vandaan.
'Jaa, jaa...' zei Jaap. 'Je moet het zelf weten, maar als
je in moeilijkheden komt', kun je altijd bij mij terecht.
Begrepen?'
De theepauze was gelukkig voorbij. Het sigaretje was op.
Ze moesten weer aan het werk.
Vlak daarna zag Monika een jongetje dat aan het stelen
was. Het was hetzelfde zoontje van die blonde moeder
van de hagelslag. Hij had een zak drop achter de rits van
zijn jackje en keek zo nu en dan om zich heen als hij weer
een paar jujubes nam. Monika zag dat Verhoeven weer
ijverig bezig was met het controleren bij de kassa. Dat was
link, want Verhoeven deed juist tegenover kinderen erg
moeilijk, had ze gehoord. Dat was namelijk makkelijker
dan toestanden met gillende vrouwen of woedende kerels.
Terwijl zijn moeder bezig was met het inladen van
appelmoes, tikte Monika het jochie op zijn schouder.
'Ik zou het maar terugleggen,' fluisterde ze. 'Of liever,
neem een behoorlijke hap en hou je kaken op elkaar. Dan
krijg je nergens last mee.' Het jongetje schrok zich rot.
Maar toen hij Monika's glimlachende gezicht zag,
begreep hij het. Hij nam een handvol katjes en
boerderij-dropjes, gaf er eentje aan Monika en propte de
rest in zijn
mond. Zijn moeder trok hem mee naar het volgende
schap.
Even later zag Monika hoe moeder en zoon de kassa
passeerden. Hij zwaaide naar haar met twee bolle wangen.
De rest van de middag was Monika er niet altijd bij met
haar hoofd. Dat kwam doordat Lange Jaap, die stomme
slome, was begonnen over haar slaapplaats. Waar dacht
ze vannacht te slapen? Hoe dacht ze aan een kamer te
komen? Hoe zou ze haar leven nu verder inrichten? Ze had
de tijd niet gekregen om daar eens goed over na te
denken.
'Juffrouw Monika!' riep Verhoeven. 'Komen wij na
sluitingstijd in ons kantoortje, ja'?'
Monika schrok op uit haar gepieker. Maar op dat
moment kreeg ze ook een idee. Ze glimlachte en Jaap dacht
dat het voor hem bedoeld was.
'Als Verhoeven lastig is,' zei hij, 'laat je het maar aan mij
over. Ik wacht je buiten wel op.'
'Je doet maar,' zei Monika en lachte weer. Wist hij veel.
Verhoeven was helemaal niet zo lastig. 'Je kan hier wel
vaker komen, wat mij betreft,' neuzelde hij. 'Bijvoorbeeld
donderdag als er koopavond is. Maar dan verwacht
ik wel verkoopmotivatie vanuit het bedrijf gezien, ja.'
Monika begreep niet wat hij bedoelde, maar het klonk als
een onhandig compliment. Ze knikte en kreeg haar veertig
gulden.
'Goed,' zei ze vriendelijk, 'tot donderdag dan.' Ze liep
het kantoortje uit en dook het toilet in. Ze deed de
wc-
deur op het haakje en wachtte af.